Mijn moeder, Proust en ik

Opdracht van Bas: interview iemand aan de hand van de Proust-vragenlijst.

Ja die moest ik even opzoeken. De Proust-vragenlijst. Het enige wat ik wist van de schrijver was dat Stefan uit het nummer ‘Stefan en Lisette’ van Spinvis hem vaak citeerde, maar meer ook niet. Na een half minuutje Googlen kwam ik bij de lijst. De vragenlijst is vooral gebruikt om inzicht te krijgen in de mens, of het nu jezelf is of de persoon tegenover je. Ik besloot dat het een goed moment was om mijn moeder beter te leren kennen en haar te vragen.

“De hoe?”, vroeg mijn moeder. 
“De Proust-vragenlijst. Proust met ou.”
“Jaja.”
Mijn moeder keek er maar bedenkelijk bij, nam nog een slok van haar thee en keek me aan met een blik van ‘wat ga je nou weer uithalen’. Ik haalde de lijst tevoorschijn en begon met een goede binnenkomer:

Wat is je huidige gemoedstoestand?
“Euh.. goed? Ja goed. Ik heb het naar mijn zin op het werk, ik heb weinig te klagen over het algemeen. Ja, ik ga voor goed.”

Typisch een antwoord van mijn moeder. Geen grote gebaren in haar verhalen, dicht bij de grond. Werk gaat goed, niets te klagen, daardoor een goede gemoedstoestand. Ik hoop dat ik in ieder geval wat meer de diepte in kan gaan en vraag:

Wat is je grootste prestatie?
Haar gezicht gaat van ‘genieten van thee’ naar iets dat lijkt op ‘goed nadenken’ en na een paar seconden krijg ik het antwoord “Ik heb twee kinderen op de wereld gezet die beide goed terecht zijn gekomen.”

Een wenselijk antwoord. Althans, een wenselijk antwoord voor een kind dat zojuist te horen heeft gekregen dat hij goed terecht is gekomen. Maar het gaat hier niet om mij, maar mijn moeder. Ik besluit een andere vraag te stellen:

Wat is voor jou ultiem geluk? 
Daar hoeft mijn moeder niet lang over na te denken. “Lekker in je vel zitten.” 
“Is dat voor jou het criterium?”
“Ja.”
“Oké! Nou helder! Eeuhm…”

Als je jezelf met een historisch figuur zou vergelijken, wie zou dat dan zijn?
“Zo, Jezus [bedoeld als krachtterm, niet als antwoord]. Ik denk dat ik ga voor Queen Victoria.”
“Victoria?” Tuurlijk gaat mijn moeder voor Victoria. Als Anglofiel heeft mijn moeder een onophoudelijke liefde voor Engeland en dan al helemaal het Engeland ten tijde van Victoria.
“En waarom dan precies Victoria?”
“Nou, zij was denk ik een sterke vrouw in een mannenwereld. Die heb je gewoon nodig.”

Waar zou je later het liefst willen won…?
“Limburg.”

Nog voor ik het woord ‘wonen’ kan afmaken komt het antwoord al. Vrijwel alle familie van de Mans-kant, waar mijn moeder van afstamt, komt uit Limburg.

“Ja, die had ik niet eens moeten vragen, daar wist ik het antwoord eigenlijk al op. Maar toch, waarom dan Limburg? Vanwege de familie?”
“Nee, niet per se, maar ik heb me er gewoon altijd al thuis gevoeld. De rust, de omgeving, het is daar gewoon heel erg fijn. En anders ga ik voor Engeland.”
“En waarom dan Engeland?”
“Ja, het is gewoon supermooi daar en ik kan daar altijd heerlijk met de mensen lullen.”

Als er iets is wat je aan je lichaam zou kunnen veranderen, wat zou dat dan zijn?
“Mijn voeten.”
“Je voeten?”
“Jaha, mijn voeten.”
“Waarom in vredesnaam je voeten?”
“Ze zijn veel te groot!”
“Nee man, dat valt toch wel mee? Wat voor maat heb je?”
“41. Dat is voor een vrouw vrij groot”
“Ja klopt, maar je bent sowieso ook al best lang, dan is het toch logisch dat je voeten ook iets groter zijn?”
“Ja, misschien wel, maar toch: mijn voeten.”

Wat vind je irritant aan jezelf?
“Ik kan best ongeduldig zijn. Bijvoorbeeld op mijn werk. Als mensen, en dan vooral mijn collega’s, lopen te treuzelen dan kan ik me daar mateloos aan irriteren. Als ik iets gedaan wil hebben dan wil ik gewoon dat dat snel gebeurt.”

Wat is je meest typische eigenschap?
“Vastberadenheid. Als ik een doel voor ogen heb, dan ga ik er voor de volle 100% voor.”

Dat klopt, mijn moeder is nog maar pas afgestudeerd. Een aantal jaar geleden is ze begonnen aan een opleiding Verzorgende IG en daartussen heeft ze voor haar doodzieke man moeten zorgen. Terwijl dat zorgen een periode van bijna een jaar was, heeft ze maar een half jaar studieachterstand opgelopen en twee maanden terug alsnog haar papiertje gehaald, tegen alle verwachtingen van haar leraren in. Mijn moeder gaat met een doel voor ogen als een trein.

Waar heb je spijt van? 
“Dat ik nooit meer heb gedaan met mijn mavo-diploma. Pas nadat jullie [mijn broer en ik – Dennis] zijn geboren heb ik de mavo afgemaakt. Ik wilde eigenlijk veel liever al gaan studeren voor de z-verpleegkundige maar ook mede door de scheiding is het er nooit meer van gekomen. Ik zou dan veel verder zijn geweest dan nu.”

Aan het einde van de lijst vragen durf ik het bijna niet te vragen maar toch doe ik het.

Zijn er eigenlijk antwoorden die je hebt gegeven of dingen die je in jezelf ziet die je ook bij mij ziet? 
“Ja, ik merk bij jou dat die vastberadenheid er ook wel in zit. Jij bent een beetje een dieselmotor. Het duurt even voordat ze op gang komen, maar ik merk dat je nu wel goed onderweg bent. Jij komt er nog wel.”

De thee is op. Mijn moeder lijnt de hond weer aan, we spreken af dat we elkaar snel weer zien en mijn moeder gaat weer door. Ik ken mijn moeder weer wat beter. Toch leuk zo’n Proust-vragenlijst. Misschien ga ik hem ook eens voor mezelf invullen.

Dennis de Waard – november 2020

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s