Opdracht van Dennis en Bas: schrijf een verhaal over een verboden contact.
OCHTEND
Zondag, half elf. Bert kijkt onderuitgezakt een documentaire. De kruimels van zijn afbak bagel zitten nog op zijn vest. Dit zijn volgens hem de beste dagen. Ontspannend een interessant verhaal kijken en verder helemaal niets te hoeven doen. Gisteren heeft hij de boodschappen al gedaan, en hij hoeft morgenavond pas weer te werken. Bert blaast over zijn kop thee en neemt voorzichtig een slok terwijl de professor op tv verder uitlegt: “De wereld bestaat uit atomen. Al het tastbare om je heen zijn verschillende atomen die aan elkaar vastzitten.” Bert twijfelt of dit de documentaire is waar hij zin in heeft. “Atomen zijn opgebouwd uit een positieve kern, waar negatief geladen elektronen razend snel omheen draaien. De twee ladingen trekken elkaar sterk aan,” gaat de professor verder. Bert vindt er niet veel aan en voelt naast zich waar de afstandsbediening ligt. “Maar elkaar aanraken zullen de kern en de elektronen nooit. De elektronen blijven er alleen omheen vliegen.” Bert ziet dat de afstandsbediening op tafel ligt en reikt ernaar. De professor vervolgt: “En als het elektron dan toch de onzichtbare grens over gaat en bij de kern komt, wordt de elektron opgenomen. Er vindt een kernreactie plaats waar straling en energie bij vrijkomt. De kern is daarna onherstelbaar veranderd en zal nooit meer terugkeren naar wat hij was.” Bert wisselt de professor in voor iets anders.
Een kwartiertje fietsen verderop loopt Anthony de trap af. Zijn haar is nog nat van het douchen. Hij voelt zich goed zo na het hardlopen. De snelheid waarmee hij gelopen had was weer iets verder boven gemiddeld. 10 km in 38,6 minuten, niet slecht toch? Zijn kinderen zitten al beneden een kinderprogramma te kijken. Anthony legt een strik in de touwtjes van zijn joggingbroek en kijkt naar de presentator op het scherm. Hij moet een paar jaar jonger zijn dan hem. Verschrikkelijke baan voor een knappe vent denkt Anthony. Een show maken vóór kinderen is dan nog tot daar aan toe, maar mét kinderen moet je wel zien zitten. Anthony houdt van zijn kinderen maar hij is blij dat hij tussendoor naar zijn werk kan. Zijn vrouw Eva komt in haar grijze ochtendjas ook de trap af. Anthony kust haar. Ze lacht en gaat ontspannen in de woonkamer bij de kinderen zitten. Anthony, gewend aan routine, kookt zoals altijd de eieren en dekt de tafel als Eva vraagt of hij nog mee wil naar haar ouders die middag. Anthony zegt van niet en dat hij nog wat voor werk moet afmaken. Hij wist dat Eva ’s middags weg ging, zo was er tijd genoeg om na te denken over die middag. Als de tafel gedekt is en het nog anderhalve minuut duurt tot de hardgekookte eieren klaar zijn, appt hij Bert: ‘De kust is vrij vanmiddag, ik kan wegkomen ;)’.
Bert zit net lekker in de nieuwe verhaal als zijn telefoon trilt. Hij houdt zijn adem even in als hij ziet dat het Anthony is. Hij gloeit kort van binnen bij de gedachte om ’s middags weer bij Anthony te zijn. Maar het is bitterzoet, want Anthony weet dat Bert hen samen liever anders ziet. Bert heeft er vorige week weer aangegeven dat hij zo graag met hem zou willen samenwonen. Als ze elkaar beide leuk vinden, wat is dan het probleem? Maar Anthony reageerde er op met stilte. De grappig en misschien wel opbeurend bedoelde appjes die hij nu stuurt, wakkeren bij Bert precies het teleurgestelde gevoel aan wat Anthony poogt te vermijden. Bert houdt toch van hem. Hij wil zijn gevoelens nog wel eens ontkrachten door het plaatje dat hij van Anthony in zijn hoofd heeft zo aan te passen, dat het toch wel past. Bert redeneert: ‘Het is niet makkelijk voor Anthony, hij heeft kinderen en een vrouw, hoe zou hij het ineens allemaal aan de kant kunnen zetten. En wat betekent dat voor zijn werk? Voor ons werk?’
‘Is goed, tot zo, X’ antwoordt Bert. Anthony is opgelucht, geen vragende of snauwende berichten. Hij hoopt dat het nog lang door kan gaan zoals het nu gaat, hoewel hij voelt dat dit onhoudbaar is. Hoe lang gaat het nog duren voordat zijn vrouw er achter komt? Of zijn werk? Daar is hij is erg op de hoede sinds een collega ze eens lang met z’n tweeën op zijn kantoor heeft gezien. Bert kwam even bij hem langs om te praten, hij is er altijd pas rond half zes om schoon te maken als het kantoor wat leger is. Dus als ze elkaar daar spreken is Anthony laat, en zegt hij dat hij overwerkt. Een collega van Anthony was ook wat langer op het kantoor. Ze liep binnen een half uur drie keer langs en zag Bert steeds met hem in zijn kantoor staan. De volgende dag vroeg ze of Anthony Bert kende, Anthony gaf aan dat ze elkaar wel eens spreken op werk. De collega vond het mooi en inspirerend dat Anthony ‘gewoon met de schoonmakers een relatie onderhoudt’, maar voor Anthony voelde dit als bedreigend. Zeker bij het woord ‘relatie’ dacht hij even ontmaskerd te zijn. Sindsdien geven Bert en Anthony elkaar af en toe hooguit heel vluchtig een kus als niemand kijkt en leek het Anthony beter om bij een van de twee thuis af te spreken, een ruimte waar hij in ieder geval controle over is.
MIDDAG
Anthony helpt Eva bij het aandoen van de jassen en schoenen bij de kinderen. Ze vraagt nog eens of Anthony echt niet mee wil, hij schudt nee, er moet nog gewerkt worden vanmiddag. Druk op werk. Maar hij is vanavond klaar, kunnen ze samen zijn. Eva heeft er veel begrip voor, het werk van haar man is zwaar, maar hij krijgt goed betaald. Ze vindt dat ze er goed bij zit. Zelf kan ze nu makkelijk parttime werken en er veel voor de kinderen zijn. Haar droom is wat dat betreft uitgekomen, maar daarmee helaas ook het bedrog. Nadat Eva wegrijdt, blijft hij nog even thuis. Soms komt ze plots terug omdat ze iets vergeten is. Anthony kijkt even in zijn werkmail om de tijd te doden en zodat hij in ieder geval over iets kan praten als Eva vraagt wat hij ’s middags gedaan heeft. Na een kwartiertje pakt hij zijn fiets om naar Bert te vertrekken.
Bert rent naar de tuin zodra Anthony belt, hij opent de poort en Anthony loopt met zijn fiets in de hand naar binnen. Ze omhelzen elkaar. Bert ruikt zijn douchegel. Hij vindt Anthony zeker dubbel zo aantrekkelijk in een joggingbroek, zonder zijn gewone pak. Het omhelzen heeft iets spannends. Het is iets dat ze altijd stiekem deden. De verboden aspecten van hun relatie zorgt voor een steeds kortere tinteling over beide hun zenuwen bij elke eerste aanraking. Ze houden van elkaar, maar kunnen het door de omstandigheden en hun karakters nog geen plaats geven. Ze vielen aanvankelijk vooral voor elkaars uiterlijk. Bert werd echt verliefd op Anthony tijdens de lange gesprekken die hij met hem kon hebben ’s avonds, alleen op het kantoor. Anthony geniet van de opwinding die hun geheim meebrengt, het gaf hem een korte hevige verliefdheid op Bert. Nu mag hij hem graag, Bert biedt hem nieuwe perspectieven op het leven omdat ze zo anders zijn. Iets dat Anthony als zeer waardevol beschouwd.
Anthony voelt een korte teleurstelling als Bert eerst gaat zitten aan de keukentafel en thee inschenkt. Een oppervlakkig gesprek komt snel op gang zodra Anthony vraagt wat Bert aan het doen was. Anthony reageert luchtig op de vragen van Bert: het is druk op werk maar het gaat goed, Eva is tot vier uur weg. Zodra Anthony zijn thee op heeft zet hij de mok met een luide tik op tafel en kijkt Bert vragend aan. Bert kent de blik, een goed gesprek over de situatie waarin ze zitten gaat nu niet gebeuren. Hij slaat zijn restje thee achterover, staat instemmend op en samen vertrekken ze naar boven.
Ze proberen terug te denken aan hoe het in het begin was, zou het weer zo kunnen zijn? Maar een onbestemd gevoel maakt dat onmogelijk. Het lijkt alsof er iets tussen hen beide zit. Een soort onzichtbaar doek dat steeds dichter tussen hen wordt geweven. Het wordt steeds lastiger om de ander te zien of te voelen door de draden hen. In het begin had Bert het niet zo door. Anthony wel, maar hij herkende het niet, hij bevindt zich op verboden terrein en schreef dit onbestemde gevoel daar aan toe. Bert wil het benoemen, maar zijn woorden lijken voor Anthony’s oren te doven door het dichte doek.
AVOND
Liggend in bed staren ze beide naar het plafond van Bert zijn slaapkamer. Bert aarzelt maar vraagt toch of Anthony nog van Eva houdt. Anthony blijft stil. Hij merkt dat hij kwaad wordt. Waarom moet Bert er toch altijd over beginnen, het is gewoon goed zo zoals het is. Bert krijgt geen reactie en gaat dan door. Hij benoemt nog eens dat het voor hem zo niet fijn is, hij woont helemaal alleen en zou graag ook samen zijn met iemand. Anthony blijft nog stil. Bert voelt dat zijn woorden binnenkomen, maar dat ze op een muur stuitten. Hij irriteert zich daarover en hij pakt de stilte om zijn slachtofferrol verder uit te diepen. Hij vraagt nu of Anthony wel van hém houdt, en dan wil hij hem toch geen pijn doen?
Anthony is het nu zat en schreeuwt dat hij natuurlijk van Bert houdt, maar dat hij geen idee heeft wat Bert nu van hem verwacht. Bert is even stil, en zegt dan op een verongelijkte toon dat hij wil samenwonen. En dat het hem niet uitmaakt waar. Hij onderstreept nog eens dat hij bereidt is om zijn huis, dat hij geërfd heeft, op te geven om ergens met Anthony te gaan wonen. Anthony kijkt kwaad weg en loopt naar de deur. Bert springt uit bed en grijpt zijn arm vast. Anthony trekt zich in een maaiende beweging los waardoor Bert omhoog wordt getrokken. Anthony schrikt meteen als hij merkt dat hij te hard trok aan zijn arm en Bert nog op één been stond. Bert verliest de grip en raakt uit balans. Hij valt met zijn hoofd op de punthoek van het bed en hoort nog net de harde klap.
Anthony’s hart gaat tekeer als een gek. Als aan de grond genageld kijkt hij naar Bert die bewegingsloos met zijn gezicht naar beneden naast het bed ligt. Hij zakt er dan bij neer en probeert Bert om te draaien. Hij roept in paniek zijn naam en tikt in zijn gezicht. Anthony rent snel naar beneden om zijn telefoon te halen maar stopt halverwege de trap. Eva. De kinderen. Hoe kan hij in het geheim helpen? Hij raakt nog verder in paniek. Hij kan het niet. Zachtjes grienend doet hij snel zijn kleren aan. Met de sleutel van Bert zijn achterdeur die hij van hem gekregen had doet hij het huis op slot en pakt hij zijn fiets om snel naar huis te gaan. Schichtig kijkt hij om zich heen, hij schrikt van het kind dat verderop door de brandgang achter Bert zijn huis fietst. Het begint al te schemeren, het is laat. Eva is al thuis. Hij zegt dat hij hoofdpijn had, een rondje fietsen niet hielp en dat hij alvast naar bed gaat. Diep duikt hij weg onder zijn dekens, slapen lukt niet en wakker worden helaas ook niet.
Bas Buise – november 2020